"Aboideau" is een zelfstandig naamwoord.
De fonetische transcriptie van "aboideau" in het Internationaal Fonetisch Alfabet is /ɑːbwaɪˈdoʊ/.
Er is geen direct Nederlands equivalent voor "aboideau". Het kan echter worden vertaald als "dijk" of "sluis" in specifieke contexten, vooral in de zin van een constructie die water tegenhoudt.
Een "aboideau" is een type constructie dat wordt gebruikt om water af te leiden of te controleren, vaak in een omgeving die regelmatig onderwater staat. Het woord is vooral relevant in de context van waterbeheer, landbouw en gebied dat gevoelig is voor overstromingen. Het wordt minder vaak in de dagelijkse conversatie gebruikt en meer in technische of gespecialiseerde contexten, zoals de architectuur en civiele techniek.
De ingenieurs ontwierpen de aboideau om overstromingen in de laaggelegen gebieden te voorkomen.
During heavy rains, the aboideau plays a crucial role in managing water flow.
Tijdens zware regenval speelt de aboideau een cruciale rol in het beheren van de waterafvoer.
The construction of the aboideau was essential for the protection of the farmland.
"Aboideau" is geen veelvoorkomend woord in idiomatische uitdrukkingen, maar het kan in technische discussies worden gebruikt.
De projectmanager zei dat zonder de aboideau de hele regio in gevaar zou zijn.
Engineers are often challenged when designing an effective aboideau system.
Het woord "aboideau" is van oorsprong Frans en betekent letterlijk "afvoer" of "waterdoorlatend". Het komt van het Franse werkwoord "aboyer", dat "afleiden" of "afvoeren" betekent. De term heeft zijn weg gevonden naar verschillende technische vakgebieden die zich bezighouden met watermanagement.
Synoniemen: dijk, waterkering, sluis.
Antoniemen: waterdoorlatend, niet-afleidend.