"Black-eared bushtit" is een zelfstandig naamwoord.
De fonetische transcriptie in het Internationaal Fonetisch Alfabet is: /blækˈɪrd ˈbʌʃtɪt/
De term "black-eared bushtit" kan vertaald worden naar het Nederlands als "zwarte-ooreedijsvogel".
De "black-eared bushtit" is een vogelsoort, wetenschappelijk bekend als Psaltriparus minimus, die behoort tot de familie van de veldspreeuwen. Deze vogels zijn herkenbaar aan hun zwarte oren en vormen vaak een vrolijk gezelschap in hun leefomgeving. Ze worden vaak gezien in bossen en struikgewas in sommige delen van de wereld.
In het algemeen wordt de term vaker gebruikt in geschreven contexten, zoals ornithologische studies, natuurboeken en -tijdschriften, dan in dagelijkse conversaties.
De zwarte-ooreedijsvogel wordt vaak aangetroffen in eikenbossen.
Birdwatchers are excited to spot a black-eared bushtit during their trips.
Vogelaars zijn enthousiast om een zwarte-ooreedijsvogel te spotten tijdens hun reizen.
The black-eared bushtit feeds mainly on insects and seeds.
De "black-eared bushtit" wordt niet vaak gebruikt in idiomatische uitdrukkingen, maar in de context van gesprekken over vogels en natuur, kan het een rol spelen in verschillende uitdrukkingen. Dit kan met name binnen de ornithologische gemeenschap nu en dan voorkomen, maar is minder algemeen toepasbaar in andere contexten.
Het woord "bushtit" is ontstaan uit een combinatie van "bush," wat naar een struik verwijst, en "-tit," een term die vaak wordt gebruikt voor kleine zangvogels. Het voorvoegsel "black-eared" verwijst naar het opvallende kenmerk van deze soort.
Synoniemen: - Zwarte-ooreedijsvogel - Psaltriparus minimus (wetenschappelijke naam)
Antoniemen: Er zijn geen directe antoniemen voor "black-eared bushtit" in de context van vogeldom, aangezien het specifiek verwijst naar een bepaalde soort.
Het is belangrijk om te vermelden dat de term vooral binnen een specifieke context van ornithologie en natuurstudies gebruikt wordt, en mogelijk niet breed bekend is bij het algemene publiek.