blessed - betekenis, definitie, vertaling, uitspraak
Diclib.com
Online Woordenboek

blessed (engels) - betekenis, definitie, vertaling, uitspraak


Part of Speech

Het woord "blessed" kan zowel een bijvoeglijk naamwoord als een werkwoord zijn.

Fonetische transcriptie

[blessed] /blɛst/

Betekenissen en Gebruik

Als bijvoeglijk naamwoord: 1. Gezegend, gelukkig, goddelijk bevoordeeld.

"Blessed" wordt vaak gebruikt in formele, literaire en religieuze contexten. Het wordt zowel in gesproken taal als in geschreven taal gebruikt.

Als werkwoord: 1. (in de christelijke religie) Gods gunst en bescherming afroepen over iemand of iets.

Als werkwoord wordt "blessed" voornamelijk gebruikt in religieuze contexten en kan ook worden gebruikt in informele gesprekken, maar is minder gebruikelijk dan bij het gebruik als bijvoeglijk naamwoord.

Werkwoord Vormen

Tijden: - Verleden tijd: blessed - Onvoltooid tegenwoordige tijd (simple present): bless - Onvoltooid tegenwoordige tijd (continuous present): blessing - Onvoltooid tegenwoordige tijd (perfect present): have blessed - Onvoltooid tegenwoordige tijd (perfect continuous): have been blessing - Voltooid verleden tijd: had blessed - Voltooid tegenwoordige tijd (simple future): will bless - Voltooid tegenwoordige tijd (continuous future): will be blessing - Voltooid tegenwoordige tijd (future perfect): will have blessed - Voltooid tegenwoordige tijd (future perfect continuous): will have been blessing

Voorbeelden

  1. She felt blessed to have such a loving family.
    Ze voelde zich gezegend om zo'n liefdevolle familie te hebben.

  2. The priest blessed the newlyweds at the church.
    De priester zegende het pasgetrouwde stel in de kerk.

Idiomatische Uitdrukkingen

"Blessed" wordt ook vaak gebruikt in verschillende idiomatische uitdrukkingen in het Engels: 1. Blessing in disguise: een ongelukkige situatie die uiteindelijk gunstig blijkt te zijn. Dat ontslag was achteraf gezien een geluk bij een ongeluk.

  1. Count your blessings: wees dankbaar voor wat je hebt, hoe klein het ook moge zijn. Tel je zegeningen, want het kan altijd erger.

  2. Bless your heart: een uitdrukking van vriendelijkheid of medeleven. Ach, wat goed van je.

  3. God bless you: een traditionele uitdrukking van goed wensen, vaak gezegd na een nies. God zegene je!

Etymologie

Het woord "blessed" komt van het Middelengelse woord "blescen", van Oudengelse "bletsian", wat "Goddelijk gezegend" betekent.

Synoniemen en Antoniemen

Synoniemen: 1. Fortunate 2. Favored 3. Happy

Antoniemen: 1. Unfortunate 2. Cursed 3. Unlucky