"Crumbling" is een werkwoord (gerund of participium) en kan in bepaalde contexten ook als bijvoeglijk naamwoord functioneren.
De fonetische transcriptie in het Internationaal Fonetisch Alfabet (IPA) is /ˈkrʌmb.lɪŋ/.
"Crumbling" verwijst naar het proces waarbij iets in stukjes valt of afbrokkelt, meestal als gevolg van veroudering of slijtage. Het kan letterlijk worden gebruikt voor fysieke structuren, zoals gebouwen, maar ook figuurlijk, zoals in de context van relaties of systemen die instabiel of ineengeschrompeld raken. Het woord wordt vaak gebruikt in zowel gesproken als geschreven contexten, waarbij de frequentie in de geschreven taal hoger kan zijn, vooral in literatuur en journalistieke teksten.
Het oude kasteel brokkelt af en heeft restauratie nodig.
Their relationship has been crumbling under the pressure of financial problems.
Hun relatie brokkelt af onder de druk van financiële problemen.
The government is facing criticism as the welfare system is crumbling.
"Crumbling" wordt minder vaak gebruikt in idiomatische uitdrukkingen, maar het kan in verschillende contexten verschijnen die de kwetsbaarheid of achteruitgang van iets benadrukken. Hier zijn enkele voorbeelden:
De basis van vertrouwen in de vriendschap brokkelt af.
"As the economy crumbles, many are left without jobs."
Terwijl de economie afbrokkelt, zijn velen werkloos.
"The walls of the old building are crumbling down."
De muren van het oude gebouw storten in elkaar.
"His hopes of a promotion are crumbling with each passing day."
Zijn hoop op een promotie brokkelt elke dag verder af.
"Crumbling under pressure, she decided to take a break."
Onder druk brokkelen, besloot ze een pauze te nemen.
"The alliance seems to be crumbling as differences arise."
Het woord "crumbling" heeft zijn oorsprong in het Oudengelse woord "crombulian" dat betekent 'afbrokkelen' of 'vervallen'. Deze term komt van het Proto-Germaanse *krumbilaz, wat 'gebroken' of 'gebogen' betekent, en is verwant aan woorden in andere Germaanse talen die dezelfde betekenis hebben.
Synoniemen: - Disintegrating - Falling apart - Decaying
Antoniemen: - Solidifying - Strengthening - Building up