"Eloquent speech" bestaat uit twee woorden: - "Eloquent" is een bijvoeglijk naamwoord. - "Speech" is een zelfstandig naamwoord.
De fonetische transcriptie van "eloquent speech" in het Internationaal Fonetisch Alfabet (IPA) is: /ˈɛləkwənt spiːtʃ/
"Eloquent speech" verwijst naar een manier van spreken die effectief, overtuigend en vaak mooi is. Het wordt vaak gebruikt in contexten waar een spreker in staat is om gedachten en gevoelens op een krachtige en indrukwekkende manier over te brengen. De term is gebruikelijk in zowel mondelinge als geschreven contexten, hoewel het neigt naar formeel gebruik, bijvoorbeeld in toespraken, debatten of literaire werken.
Eloquent speech wordt frequent gebruikt in contexten waar retorische vaardigheden worden gewaardeerd, zoals tijdens politieke toespraken of literatuur.
Voorbeeldzinnen: 1. The president delivered an eloquent speech that moved the audience to tears. - De president hield een welsprekende toespraak die het publiek tot tranen toe ontroerde.
Haar welsprekende toespraak tijdens de afstudeerceremonie inspireerde veel jonge afgestudeerden.
An eloquent speech can leave a lasting impression on the listeners.
"Eloquent speech" kan worden opgenomen in verschillende idiomatische uitdrukkingen die betrekking hebben op spraak en overtuigingskracht.
Voorbeeldzinnen: 1. She spoke with eloquent speech, capturing the hearts of everyone in the room. - Ze sprak met welsprekende toespraak, waarmee ze de harten van iedereen in de kamer veroverde.
Zijn talent voor welsprekende toespraak maakt hem een uitstekende debater.
To win the audience, one must master the art of eloquent speech.
Om het publiek te winnen, moet men de kunst van welsprekende spraak beheersen.
An eloquent speech can bridge divides and bring people together.
Een welsprekende toespraak kan kloven overbruggen en mensen samenbrengen.
Even in writing, the ability to convey thoughts through eloquent speech is invaluable.
Het woord "eloquent" komt van het Latijnse "eloquens," wat "sprekend" betekent, afgeleid van "e-" wat "buiten" betekent en "loqui," wat "spreken" betekent. "Speech" komt van het Oudengelse "sprecan," dat "spreken" of "praten" betekent.
Synoniemen: - Persuasive speech (overtuigende toespraak) - Articulate speech (duidelijke spraak) - Fluent speech (vloeiende spraak)
Antoniemen: - Incoherent speech (incoherente spraak) - Mumbled speech (gemompelde spraak)
Deze informatie over "eloquent speech" kan nuttig zijn voor het begrijpen van de kracht en impact van effectieve communicatie.