Eyesight is een zelfstandig naamwoord.
De fonetische transcriptie van "eyesight" in het Internationaal Fonetisch Alfabet (IPA) is: /ˈaɪ.saɪt/
De vertaling van "eyesight" in het Nederlands is gezichtsvermogen.
Eyesight verwijst naar het vermogen om te zien; het is de kwaliteit of het niveau van visuele waarneming. Het wordt vaak gebruikt in contexten die te maken hebben met gezondheid, bijvoorbeeld bij het bespreken van oogtesten of het effect van bepaalde aandoeningen op het zicht. Het woord wordt gelijkmatig gebruikt in zowel gesproken als geschreven Engels, hoewel het misschien iets gebruikelijker is in geschreven contexten, zoals medische verslagen en wetenschappelijke literatuur.
She went to the doctor to check her eyesight.
(Ze ging naar de dokter om haar gezichtsvermogen te laten controleren.)
Good eyesight is essential for driving safely.
(Goed gezichtsvermogen is essentieel voor veilig autorijden.)
His eyesight has deteriorated over the years.
(Zijn gezichtsvermogen is door de jaren heen verslechterd.)
Hoewel "eyesight" zelf niet vaak voorkomt in idiomatische uitdrukkingen, zijn er wel enkele uitdrukkingen waarin het woord gebruikt wordt:
"An eye for an eye, a tooth for a tooth."
(Een oog voor een oog, een tand voor een tand.)
Dit betekent dat de straf in verhouding moet zijn tot de misdaad.
"Keep your eyes peeled."
(Hou je ogen open.)
Dit betekent dat je alert en oplettend moet zijn.
"In the blink of an eye."
(In een oogwenk.)
Dit verwijst naar iets dat zeer snel gebeurt.
"To see eye to eye."
(Van mening verschillen.)
Dit betekent dat twee mensen het met elkaar eens zijn.
Het woord "eyesight" is samengesteld uit "eye", dat afkomstig is van het Oudengelse "eage", en "sight", dat afkomstig is van het Oudfranse "site", dat is afgeleid van het Latijnse "visus", wat "zien" betekent. De samenvoeging van deze twee woorden geeft een directe verwijzing naar het vermogen om te zien.
Synoniemen:
- Vision
- Sight
- Perception
Antoniemen:
- Blindness
- Unseeing
- Impairment