De term "hypothetical fact" bestaat uit twee woorden: "hypothetical" is een bijvoeglijk naamwoord en "fact" is een zelfstandig naamwoord.
/hɪpəˈθɛtɪkəl fækt/
Een "hypothetical fact" verwijst naar een verondersteld of theoretisch feit dat niet noodzakelijk waar is, maar als een basis voor discussie of redenering kan dienen. Het wordt vaak gebruikt in wetenschappelijke, juridische en theoretische contexten om een scenario te schetsen dat mogelijk zou kunnen zijn, maar niet bewezen is. Het gebruik van deze term is het meest gebruikelijk in geschreven contexten zoals academische artikels en juridische documenten, hoewel het ook in mondelinge presentaties kan voorkomen.
In een debat zou men een hypothetisch feit kunnen aanvoeren om een punt te illustreren dat onbewezen blijft.
The scientist proposed a hypothetical fact that could change our understanding of gravity.
De wetenschapper stelde een hypothetisch feit voor dat onze kennis van de zwaartekracht zou kunnen veranderen.
The lawyer presented a hypothetical fact to challenge the witness's testimony.
Hoewel "hypothetical fact" niet vaak voorkomt in idiomatische uitdrukkingen, wordt het in de context van argumentatie en redenering vaak in discussies gebruikt. Hieronder volgen enkele zinnen waarbij het wordt gebruikt in verschillende contexten:
Het toepassen van een hypothetisch feit kan helpen om complexe kwesties in juridische debatten te verduidelijken.
Even a hypothetical fact can serve as a catalyst for innovative ideas.
Zelfs een hypothetisch feit kan fungeren als een katalysator voor innovatieve ideeën.
When addressing this problem, consider a hypothetical fact that challenges conventional wisdom.
Het woord "hypothetical" komt van het Griekse woord "hypothetikos", wat "gesteld" of "verondersteld" betekent, en is afgeleid van "hypothesis", wat "veronderstelling" betekent. Het woord "fact" komt van het Latijnse "factum", wat "gedaan" of "gebeurtenis" betekent.