"Magni-" is een voorvoegsel in het Engels dat vaak wordt gebruikt in samenstellingen.
/mægˈnaɪ/
"Magni-" kan vertaald worden als "groot" of "verhoogd", afhankelijk van de context.
"Magni-" is afgeleid van het Latijnse "magnus", wat "groot" betekent. Het wordt gebruikt als voorvoegsel in verschillende Engelse woorden, zoals "magnify" (vergroten), "magnificent" (magnifiek) en "magnitude" (grootte).
Het voorvoegsel wordt vaak gebruikt in zowel schriftelijke als mondelinge contexten, maar is waarschijnlijk gebruikelijker in geschreven teksten, zoals wetenschappelijke of technische documenten, waar precisie en detail belangrijk zijn.
De wetenschapper gebruikte een microscoop om de kleine organismen in het monster te vergroten.
The palace was magnificent and attracted many tourists.
Het paleis was magnifiek en trok veel toeristen aan.
The earthquake measured 7.0 on the Richter scale, indicating a significant magnitude.
"Magni-" wordt niet vaak als afzonderlijk onderdeel in idiomatische uitdrukkingen gebruikt. Echter, de woorden die het voorvoegsel bevatten, kunnen in verschillende contexten worden toegepast.
"Het probleem vergroten" - Dit betekent vaak een probleem te veel te benadrukken.
"A magnificent performance" - Referring to an outstanding show or display.
"Een magnifieke voorstelling" - Verwijzend naar een uitstekende show of voorstelling.
"To lose magnitude" - To diminish in significance or importance.
Het voorvoegsel "magni-" is afgeleid van het Latijnse "magnus", wat "groot" betekent. Het heeft zijn weg gevonden in het Engels via het Oud-Frans en Nederlands, waar het vorm heeft gekregen in verschillende wetenschappelijke en architecturale termen.
Synoniemen: groot, enorm, aanzienlijk, indrukwekkend
Antoniemen: klein, onbeduidend, gering