De woorden "major" en "project" zijn beide zelfstandig naamwoorden in deze combinatie. "Major" kan ook als bijvoeglijk naamwoord functioneren, afhankelijk van de context.
Een "major project" verwijst meestal naar een belangrijk of omvangrijk project dat aanzienlijke middelen, tijd en inspanning vereist. Het kan gaan om bouwprojecten, onderzoeksprojecten of grootschalige ontwikkeling in verschillende sectoren zoals technologie, infrastructuur of milieu. In het Engels wordt deze term vaak gebruikt in zowel geschreven als mondelinge contexten, afhankelijk van de professionaliteit van de situatie. De gebruiksfrequentie is vrij hoog in zakelijke en formele communicatie.
De overheid heeft een groot project aangekondigd om het openbare vervoer te verbeteren.
Completing a major project on time can significantly boost a company's reputation.
Het op tijd afronden van een groot project kan de reputatie van een bedrijf aanzienlijk verbeteren.
We need to allocate more resources for the major project if we want to meet the deadline.
De term "major project" zelf is niet specifiek deel van idiomatische uitdrukkingen, maar het kan in bredere contexten voorkomen. Hier zijn enkele gerelateerde uitdrukkingen:
"We hebben besloten te beginnen aan een groot project om de uitstoot van koolstof te verminderen."
"To oversee a major project" verwijst naar het toezicht houden op een groot project.
"Ze werd ingehuurd om toezicht te houden op het grote project vanwege haar uitgebreide ervaring."
"A major project in the pipeline" betekent dat er een groot project in ontwikkeling is.
Het woord "major" komt van het Latijnse "maior," wat "groter" betekent. Het woord "project" komt van het Latijnse "projectus," de verleden tijd van "proicere," wat "vooruit werpen" betekent. Samen vormt "major project" een term die het belang en de omvang van een project benadrukt.