"Missish" is een bijvoeglijk naamwoord.
[mɪsɪʃ]
Er is geen directe vertaling voor "missish" in het Nederlands, maar het kan worden geïnterpreteerd als "misselijkmakend" of "vervelend".
"Missish" is een informeel woord dat wordt gebruikt om een gevoel van onbehagen of ongemak aan te duiden, vaak gerelateerd aan gevoelens van verdriet of teleurstelling. Het verwijst naar een staat van emotionele kwetsbaarheid of lekkende verdrietigheid. Het wordt zelden in formele contexten gebruikt en is meer gebruikelijk in gesproken taal.
She felt quite missish after hearing the bad news.
Ze voelde zich behoorlijk misselijk na het horen van het slechte nieuws.
After the argument, he was in a missish mood all day.
Na de ruzie was hij de hele dag in een misselijke bui.
"Missish" wordt niet vaak gebruikt in idiomatische uitdrukkingen, maar hier zijn enkele zinvolle contexten waarin je het zou kunnen tegenkomen, hoewel ze niet als uitgebreide uitdrukkingen worden beschouwd:
He couldn't shake off that missish feeling after they broke up.
Hij kon dat misselijke gevoel niet van zich afschudden nadat ze uit elkaar waren gegaan.
The long rainy days always leave her feeling a bit missish.
De lange regenachtige dagen laten haar altijd een beetje misselijk voelen.
Het woord "missish" komt van het Engelse woord "miss," dat betrekking heeft op het missen of verlangen naar iets dat verloren is. De suffix "-ish" duidt op een kwaliteit of toestand, wat suggereert dat het iemand is die zich "missend" of "teleurgesteld" voelt.
Synoniemen:
- Dejected
- Disheartened
- Melancholy
Antoniemen:
- Cheerful
- Happy
- Elated