"Self-colored" is een bijvoeglijk naamwoord (adjectief).
De fonetische transcriptie van "self-colored" in het Internationaal Fonetisch Alfabet (IPA) is: /sɛlfˈkʌlərd/
"self-colored" kan vertaald worden naar het Nederlands als "eigenkleurig" of "zelfkleurig".
"Self-colored" verwijst naar een object of materiaal dat in één enkele, uniforme kleur is gemaakt, zonder dat er andere kleuren, patronen of ontwerpen op zijn aangebracht. Het wordt vaak gebruikt in de context van mode, textiel, kunst of materialen.
In het Engels kan "self-colored" meer voorkomen in geschreven teksten, zoals in productbeschrijvingen of kunstkritieken, dan in dagelijkse spraak. De gebruiksfrequentie is niet bijzonder hoog, maar het wordt wel toegepast in specifieke contexten.
De jurk was eigenkleurig, waardoor het veelzijdig was voor verschillende gelegenheden.
She chose self-colored fabrics for her quilt to give it a simple, elegant look.
"Self-colored" wordt niet vaak gebruikt in idiomatische uitdrukkingen. Het is een term die meer gericht is op specifieke contexten van beschrijving in plaats van op algemeen aanvaarde uitdrukkingen.
De kunstenaar gaf de voorkeur aan eigenkleurige verven voor haar project om zich te concentreren op de essentie van de kleuren zelf.
For the wedding, the planner decided on self-colored decorations to create a more cohesive look.
Het woord "self-colored" is samengesteld uit "self", dat verwijst naar iets dat intrinsiek of onafhankelijk is, en "colored", dat het adjectief is van kleur. Het is een term die de focus legt op een enkele kleurheid zonder externe variaties of patronen.
Synoniemen: - Uniform - Monochroom
Antoniemen: - Multi-colored - Patterned - Variegated