Het woord "throw" is een werkwoord.
De fonetische transcriptie van "throw" volgens het Internationaal Fonetisch Alfabet (IPA) is /θroʊ/.
Het woord "throw" kan in het Nederlands vertaald worden als "gooien".
"Throw" betekent iets met kracht of snelheid in een bepaalde richting werpen. Het wordt vaak gebruikt in zowel geschreven als gesproken context. Het woord heeft een hoge gebruiksfrequentie, vooral in informele situaties, sportcontexten en alledaagse conversaties.
Voorbeeldzinnen:
- Please throw the ball to me.
(Gooi de bal naar me toe.)
Het woord "throw" wordt vaak gebruikt in verschillende idiomatische uitdrukkingen. Hier zijn enkele voorbeelden:
Voorbeeld: After several failed attempts, he decided to throw in the towel.
(Na verschillende mislukte pogingen besloot hij het op te geven.)
Throw caution to the wind
Voorbeeld: She decided to throw caution to the wind and travel alone.
(Ze besloot haar voorzichtigheid aan de wind te laten en alleen te reizen.)
Throw someone a curveball
Het woord "throw" komt van het Oudengels "thrawan", dat betekent "wenden" of "draaien". Het is verwant aan andere Germaanse woorden die vergelijkbare betekenissen hebben.
Synoniemen: - Toss - Hurl - Fling - Pitch
Antoniemen: - Catch - Hold - Keep
Dit biedt een uitgebreid overzicht van het woord "throw", zijn betekenis, gebruik, en relatie tot idiomatische uitdrukkingen.