"Trellis-work" is een zelfstandig naamwoord.
De fonetische transcriptie van "trellis-work" in het Internationaal Fonetisch Alfabet (IPA) is: /ˈtrɛlɪs wɜrk/
"Trellis-work" kan worden vertaald naar het Nederlands als "trelliswerk" of "leuningenwerk."
“Trellis-work” verwijst naar een constructie van houten of metalen latten die meestal in een open patroon zijn gerangschikt en wordt vaak gebruikt in tuinen om klimplanten te ondersteunen of te begeleiden. Het is een techniek die veel voorkomt in tuinarchitectuur en landschapsontwerp. Het woord wordt zowel in gesproken als geschreven context gebruikt, maar het is meer gebruikelijk in geschreven vorm, vooral in vakliteratuur of gespecialiseerde teksten over tuinontwerp en architectuur.
Voorbeeldzinnen:
1. The garden's trellis-work provided a beautiful backdrop for the climbing roses.
(Het trelliswerk van de tuin bood een prachtige achtergrond voor de klimrozen.)
"Trellis-work" zelf is minder gebruikelijk in idiomatische uitdrukkingen, maar kan gebruikt worden in metaforische of beschrijvende zinnen die te maken hebben met structuur en ondersteuning. Hier zijn enkele voorbeelden:
Building a trellis-work for your ideas can help you grow creatively.
(Een trelliswerk bouwen voor je ideeën kan je helpen om creatief te groeien.)
Just like a trellis-work supports climbing plants, friends can support you in tough times.
(Net zoals een trelliswerk klimplanten ondersteunt, kunnen vrienden je in moeilijkere tijden steunen.)
Het woord "trellis" komt van het Oud-Franse woord "treille," dat 'net' of 'raam' betekent. Het heeft zijn oorsprong in de middeleeuwse tuinarchitectuur, waar het gebruikelijk was om planten langs verhoogde structuur te laten groeien. Het achtervoegsel "-work" verwijst naar de constructie of het vervaardigen van iets.
Synoniemen:
- Pergola
- Raster
- Leuning
Antoniemen:
- Vrijstaand
- Onondersteund