"Abultar" is een werkwoord.
De fonetische transcriptie van "abultar" in het Internationaal Fonetisch Alfabet (IPA) is: /aβulˈtaɾ/.
"Abultar" kan worden vertaald als "vergroten" of "opblazen".
In het Spaans betekent "abultar" het vergroten of opblazen van iets, vaak met betrekking tot een fysieke omvang of indruk. Het wordt meestal gebruikt in zowel gesproken als geschreven contexten, hoewel het in meer technische of gespecialiseerde teksten frequent voorkomt. De gebruiksfrequentie kan variëren afhankelijk van het onderwerp, maar het woord wordt over het algemeen als minder gebruikelijk beschouwd in alledaags gesprek.
Es importante no abultar la información en el informe final.
(Het is belangrijk om de informatie in het eindrapport niet te vergroten.)
La mochila abulta demasiado cuando está llena de libros.
(De rugzak is te groot wanneer deze vol met boeken is.)
Het woord "abultar" wordt minder vaak gebruikt in idiomatische uitdrukkingen, maar hier zijn enkele voorbeelden die het concept van vergroten of overdrijven omarmen:
No hay que abultar los problemas, hay que solucionarlos.
(We moeten de problemen niet vergroten, we moeten ze oplossen.)
A veces, abultar las historias las hace menos creíbles.
(Soms maakt het vergroten van verhalen ze minder geloofwaardig.)
No abultes las cosas, dile la verdad como es.
(Vergeet niet de zaken te vergroten, zeg de waarheid zoals ze is.)
"Abultar" is afgeleid van het Latijnse woord "abultare," dat een versterking van "bullire" betekent, wat "koken" of "opblazen" betekent. Het heeft door de tijd heen een overgang gemaakt naar het huidige gebruik en de spelling in het Spaans.
Synoniemen:
- Aumentar (verhogen)
- Inflar (opblazen, als in lucht toevoegen)
Antoniemen:
- Reducir (verminderen)
- Disminuir (afnemen)