"Acechar" is een werkwoord in de Spaanse taal.
De fonetische transcriptie van "acechar" volgens het Internationaal Fonetisch Alfabet (IPA) is [a.se.t͡ʃaɾ].
De vertaling van "acechar" in het Nederlands is "afluisteren", "in de gaten houden" of "spioneren".
"Acechar" betekent iemand of iets stiekem te observeren met de intentie om te ontdekken wat ze doen. Het kan ook impliceren dat men iemand volgt met een bepaalde opzet, vaak in een context van nieuwsgierigheid of wantrouwen. Het gebruik van het woord "acechar" is vrij frequent in zowel de mondelinge als geschreven taal, vaak in contexten waarin er een gevoel van geheimhouding of vermoeden bestaat.
Él decidió acechar a su vecino para saber qué escondía.
(Hij besloot zijn buurman te bespieden om te weten wat hij verstopte.)
La policía tuvo que acechar al sospechoso durante semanas.
(De politie moest de verdachte wekenlang in de gaten houden.)
"Acechar" wordt niet vaak gebruikt in idiomatische uitdrukkingen, maar het idee van stiekem kijken of volgen komt wel voor in verschillende uitdrukkingen.
Acechar las sombras del pasado nunca trae paz.
(Het in de gaten houden van de schaduwen uit het verleden brengt nooit rust.)
A veces uno debe acechar, para entender la realidad.
(Soms moet men afluisteren om de werkelijkheid te begrijpen.)
Acechar la verdad es un trabajo arduo.
(De waarheid afluisteren is een zware klus.)
Het woord "acechar" komt uit het Latijnse "adsectare", wat "achtervolgen" of "nabij komen" betekent. Dit Latijnse woord is afgeleid van "ad-", wat "bij" of "naar" betekent, en "secare", wat "volgen" betekent.
Met deze informatie kun je een goed begrip krijgen van het woord "acechar" in de Spaanse taal en zijn gebruik.