"Acedera" is een zelfstandig naamwoord in het Spaans.
/aθeˈðeɾa/ (uitspraak in het Castiliaans) of /aseˈðeɾa/ (uitspraak in andere Spaanssprekende landen).
"Acedera" verwijst naar een ontsteking of infectie, vaak in verband met wonden of huidletsels. Het begrip wordt in de Spaanstalige wereld veel gebruikt, vooral in medische contexten en casual gesprekken. De term is meer gebruikelijk in geschreven en formele contexten dan in mondelinge spraak, hoewel men het in informele conversaties kan tegenkomen.
Voorbeeldzinnen: 1. "Mi amigo tiene acedera en su brazo después de caer de la bicicleta." - "Mijn vriend heeft een ontsteking in zijn arm na zijn val van de fiets."
Er zijn niet veel idiomatische uitdrukkingen die direct de term "acedera" bevatten. Echter, de term ligt dicht bij andere woorden en uitdrukkingen met vergelijkbare betekenissen.
Voorbeeldzinnen met idiomatische uitdrukkingen: 1. "No dejes que la acedera se empeore, ve al médico." - "Laat de ontsteking niet verergeren, ga naar de dokter."
"Gebrek aan hygiëne kan een ontsteking veroorzaken."
"Con un buen tratamiento, la acedera desaparece rápidamente."
De etymologie van "acedera" is onduidelijk, maar het kan worden afgeleid van het Latijnse woord "acerosus", wat "zuur" of "bitter" betekent. Het idee achter de naam kan zijn dat de aandoening gepaard gaat met onaangename symptomen.
Synoniemen: - Inflamación (ontsteking) - Infección (infectie)
Antoniemen: - Sanación (genezing) - Salud (gezondheid)