"Acontecimiento" is een zelfstandig naamwoord.
De fonetische transcriptie van "acontecimiento" is /a.kon.te.siˈmen.to/.
De vertaling van "acontecimiento" naar het Nederlands is "gebeurtenis".
"Acontecimiento" verwijst naar een gebeurtenis, een feit dat plaatsvindt of heeft plaatsgevonden. In de Spaanse taal wordt het vaak gebruikt in zowel formele als informele contexten, maar het komt vaker voor in geschreven teksten, zoals artikelen, verhalen en juridische documenten.
El acontecimiento más importante del año fue la boda real.
(Het belangrijkste evenement van het jaar was de koninklijke bruiloft.)
Muchos ciudadanos asistieron al acontecimiento cultural en la plaza.
(Veel burgers woonden het culturele evenement op het plein bij.)
"Acontecimiento" wordt niet vaak gebruikt in idiomatische uitdrukkingen, maar het kan deel uitmaken van zinnen die verwijzen naar bijzondere gebeurtenissen of gebeurtenissen die gevolgen hebben.
El acontecimiento que cambió el rumbo de la historia fue inesperado.
(De gebeurtenis die de loop van de geschiedenis veranderde, was onverwacht.)
Fue un acontecimiento que dejó huella en nuestra memoria colectiva.
(Het was een gebeurtenis die een indruk achterlaat in ons collectief geheugen.)
El acontecimiento deportivo reunió a miles de aficionados.
(Het sportevenement verzamelde duizenden fans.)
Het woord "acontecimiento" komt van het Spaanse werkwoord "acontecer", dat betekent 'gebeuren' of 'plaatsvinden'. De basis "conte" komt van het Latijnse "contingere", wat letterlijk 'deelnemen' of 'aanraken' betekent.
Synoniemen: - Evento (evenement) - Suceso (voorval)
Antoniemen: - Inacción (inactiviteit) - Estancamiento (stagnatie)