"Apuntar" is een werkwoord in de infinitiefvorm en behoort tot de onregelmatige werkwoorden in het Spaans.
De fonetische transcriptie van "apuntar" volgens het Internationaal Fonetisch Alfabet (IPA) is /a.punˈtaɾ/.
"Apuntar" kan vertaald worden naar het Nederlands als: - aanwijzen - opschrijven - noteren - richten
"Apuntar" betekent letterlijk om iets aan te wijzen of te markeren, maar het wordt vaak gebruikt in de context van het nemen van notities of het richten van een wapen. Het woord heeft een hoge gebruiksfrequentie en komt voor in zowel mondelinge als geschreven contexten. Over het algemeen wordt "apuntar" vaker gebruikt in informele gesprekken.
De leraar vroeg de studenten om de belangrijke data op te schrijven.
Es necesario apuntar bien el objetivo antes de disparar.
"Apuntar" komt vaak voor in idiomatische uitdrukkingen in het Spaans. Hier zijn enkele voorbeelden:
Ik moedig je aan om apuntar alto in je carrière.
(Ik moedig je aan om hoog te mikken in je carrière.)
Apuntar con el dedo.
No es correcto apuntar con el dedo a los demás por tus propios errores.
(Het is niet juist om met de vinger naar anderen te wijzen voor je eigen fouten.)
No apuntar a nadie.
Het woord "apuntar" komt van het Latijnse woord "punctare", wat "prikken" of "steken" betekent. De evolutie van het woord weerspiegelt de ontwikkeling van de betekenis van het fysiek aanwijzen naar meer abstracte betekenissen zoals noteren.
Synoniemen: - Anotar (noteren) - Señalar (aanwijzen) - Dirigir (richten)
Antoniemen: - Ignorar (negeren) - Olvidar (vergeten) - Desatender (verwaarlozen)