"Avanza" is een werkwoord en is de derde persoon enkelvoud (hij/zij/het) van de tegenwoordige tijd van het werkwoord "avanzar".
De fonetische transcriptie in het Internationaal Fonetisch Alfabet is: /aˈβanθa/ (in Spanje) of /aˈβansa/ (in Latijns-Amerika).
"Avanza" kan in het Nederlands worden vertaald als "vooruitgaan" of "vooruitvorderen".
"Avanza" betekent dat iets of iemand vooruitgaat of zich verder ontwikkelt, zowel letterlijk als figuurlijk. Het wordt gebruikt in verschillende contexten, zoals in de zin van persoonlijke ontwikkeling, technische vooruitgang, of in een bredere maatschappelijke context. Het woord kan zowel in gesproken als geschreven Spaans worden gebruikt en heeft een gemiddelde frequentie in beide vormen.
Hij/zij gaat vooruit in zijn/haar carrière met moeite en toewijding.
El proyecto avanza a buen ritmo gracias al trabajo en equipo.
"Avanza" wordt vaak gebruikt in idiomatische uitdrukkingen in het Spaans. Hier zijn enkele voorbeelden:
De trein gaat met volle snelheid vooruit.
Si no avanza, retrocede.
Als je niet vooruitgaat, ga je achteruit.
Hay que avanza en la vida, a pesar de los obstáculos.
We moeten vooruitgaan in het leven, ondanks de obstakels.
El tiempo avanza y no espera a nadie.
Het werkwoord "avanzar" komt van het Latijnse "abante", wat "vooruit" betekent. Het is afgeleid van "ab-", dat "van" betekent, en "ante", dat "voor" of "vooraan" betekent.
Synoniemen: - Progresar (voortgang maken) - Avanzar (vooruitgaan) - Proseguir (voortzetten)
Antoniemen: - Retroceder (achteruitgaan) - Detenerse (stoppen) - Reversa (omkeren)
Door deze informatie te overwegen, heb je nu een uitgebreid overzicht van het woord "avanza" in het Spaans.