"Avellana" is een zelfstandig naamwoord in het Spaans.
De fonetische transcriptie van "avellana" in het Internationaal Fonetisch Alfabet (IPA) is: /aβeˈʝana/.
In het Nederlands betekent "avellana" "hazelnoot".
"Avellana" verwijst naar de vrucht van de hazelaar en wordt vaak gebruikt om te verwijzen naar de hazelnoot zelf. In de Spaanse taal heeft het woord een gematigde frequentie van gebruik; het komt vaker voor in geschreven contexten dan in mondelinge spraak, omdat het vaak gebruikt wordt in culinaire contexten, bakrecepten of in de noten- en voedingssector.
Voorbeeldzinnen:
- La avellana es un ingrediente común en muchos postres.
(De hazelnoot is een veelvoorkomend ingrediënt in veel desserts.)
"Avellana" wordt niet vaak gebruikt in idiomatische uitdrukkingen. Het woord is meer specifiek voor de noot zelf en komt niet vaak in metaforische zinnen voor. Echter, hier zijn een paar voorbeeldzinnen waarin "avellana" op een interessante manier wordt gebruikt:
El sabor de esta crema de avellana es incomparable.
(De smaak van deze hazelnootcrème is ongeëvenaard.)
Para hacer un buen turrón, se necesita avellana de alta calidad.
(Om goede nougat te maken, heb je hazelnoten van hoge kwaliteit nodig.)
Het woord "avellana" komt van het Latijnse "avellana", wat "hazelnoot" betekent. Dit is afgeleid van "avella", dat de hazelaar (Corylus avellana) aangeeft, een plantensoort die veel voorkomt in Europa en Azië.
Synoniemen:
- Nuez (noot) - wordt soms gebruikt als algemene term voor noten.
Antoniemen:
Er zijn geen directe antoniemen voor "avellana", omdat het een specifieke soort noot benoemt en niet een term is die tegenovergestelde betekenissen heeft.