Het woord "averiar" is een werkwoord in het Spaans.
De fonetische transcriptie van "averiar" volgens het Internationaal Fonetisch Alfabet is: /aβeˈɾjaɾ/
De vertalingen van "averiar" in het Nederlands zijn onder andere: - defect maken - beschadigen - kapot maken
"Averiar" betekent in het Spaans het beschadigen of kapot maken van iets, vaak in de context van machines of apparatuur. Het wordt zowel in gesproken als geschreven Spaans gebruikt, met een voorkeur voor geschreven context in meer formele situaties, bijvoorbeeld in technische teksten of handleidingen. Het woord komt regelmatig voor in informele gesprekken over problemen met voertuigen of elektrische apparatuur.
"El mecánico tuvo que reparar el coche porque se averió durante el viaje."
("De monteur moest de auto repareren omdat deze kapot ging tijdens de reis.")
"Si no cuidas bien tu computadora, es posible que se averíe rápidamente."
("Als je niet goed voor je computer zorgt, is het mogelijk dat deze snel kapot gaat.")
"La tormenta averió varias líneas eléctricas en la ciudad."
("De storm heeft verschillende elektriciteitslijnen in de stad beschadigd.")
"Averiarse por completo"
Betekenis: volledig kapot gaan.
Voorbeeld: "El viejo televisor se averió por completo y tuvimos que comprar uno nuevo."
("De oude televisie is volledig kapot gegaan en we moesten een nieuwe kopen.")
"Averiar algo a propósito"
Betekenis: opzettelijk iets beschadigen.
Voorbeeld: "No me digas que lo averiaste a propósito, eso es muy irresponsable."
("Zeg me niet dat je het opzettelijk kapot hebt gemaakt, dat is erg onverantwoordelijk.")
"Evitar que se averíe"
Betekenis: voorkomen dat iets kapot gaat.
Voorbeeld: "Es importante hacer mantenimiento regular para evitar que se averíe el equipo."
("Het is belangrijk om regelmatig onderhoud te plegen om te voorkomen dat de apparatuur kapot gaat.")
Het woord "averiar" komt van het Latijnse "ab (van) + veria (waarheid, defect)". Het woord is ontstaan uit de combinatie van de betekenis van iets dat niet naar behoren functioneert.
Synoniemen: - Dañar (beschadigen) - Estropear (verpesten)
Antoniemen: - Reparar (repareren) - Arreglar (herstellen)