Het woord "balbucir" is een werkwoord in het Spaans.
De fonetische transcriptie van "balbucir" volgens het Internationaal Fonetisch Alfabet (IPA) is /balˈbuθiɾ/ (in Spanje) of /balˈbusiɾ/ (in Latijns-Amerika).
"Balbucir" kan vertaald worden als "stotteren" of "onduidelijk spreken" in het Nederlands.
"Balbucir" verwijst naar het spreken met grote moeite, vaak met herhalingen of onduidelijke klanken. Het woord wordt meestal gebruikt voor situaties waarin iemand moeite heeft om zijn of haar woorden te articuleren, bijvoorbeeld door verlegenheid of een gebrek aan zekerheid. Het wordt vaker in gesproken context gebruikt, vooral in informele gesprekken dan in geschreven teksten.
El niño comienza a balbucir cuando se siente nervioso.
(Het kind begint te stotteren wanneer het zich nerveus voelt.)
A veces, la gente puede balbucir cuando no está segura de lo que quiere decir.
(Soms kunnen mensen stotteren als ze niet zeker weten wat ze willen zeggen.)
"Balbucir" wordt niet vaak aangetroffen in idiomatische uitdrukkingen, maar hier zijn enkele zinnen waarin het woord voorkomt:
Cuando está en público, suele balbucir un poco antes de contestar.
(Wanneer hij in het openbaar is, begint hij vaak een beetje te stotteren voordat hij antwoord geeft.)
Tras el accidente, no pudo evitar balbucir al hablar con su amigo.
(Na het ongeval kon hij niet helpen te stotteren toen hij met zijn vriend sprak.)
Ella tiende a balbucir cuando tiene que presentar en clase.
(Zij heeft de neiging te stotteren wanneer ze een presentatie in de klas moet geven.)
Het woord "balbucir" komt van het Latijnse "balbucius," wat "stotteren" of "onduidelijk spreken" betekent. Het woord heeft zijn oorsprong in de klank die het beschrijft, waarbij het herhaaldelijk moeilijk is om woorden duidelijk uit te spreken.
Synoniemen: - Tartamudear (stotteren) - Balbucear (stotteren, met de nadruk op onduidelijkheid)
Antoniemen: - Hablar con fluidez (vlot spreken) - Articular (articuleren, duidelijk spreken)