"Bomba" is een zelfstandig naamwoord.
/bom.bá/
De vertalingen van "bomba" in het Nederlands zijn onder andere: - bom - waterpomp (in bepaalde contexten)
In het Spaans heeft "bomba" verschillende betekenissen, afhankelijk van de context:
Dit woord heeft een hoge gebruiksfrequentie in zowel gesproken als geschreven contexten, vooral in relationele communicatie met betrekking tot militaire of veiligheidskwesties.
Voorbeeldzinnen:
- La bomba explotó en el edificio abandonado.
(De bom ontplofte in het verlaten gebouw.)
"Bomba" komt vaak voor in verschillende idiomatische uitdrukkingen in het Spaans. Hier zijn enkele voorbeelden:
“Hacer bombo” - Dit betekent aandacht vragen voor iets of iemand, vaak op een overdreven manier.
¡No hagas tanto bombo por esa insignificancia!
(Maak geen grote ophef over die onbelangrijkheid!)
“Estar como una bomba” - Dit betekent dat iemand zich geweldig of in topvorm voelt.
Después de hacer ejercicio, estoy como una bomba.
(Na het sporten voel ik me geweldig.)
“Bombas de tiempo” - Dit verwijst naar iets dat op het punt staat om te ontploffen of problemen te veroorzaken, vaak met betrekking tot aaneengeschakelde problemen.
El sistema financiero tiene muchas bombass de tiempo en este momento.
(Het financiële systeem heeft op dit moment veel tijdbommen.)
Het woord "bomba" stamt af van het Latijnse "bombus," wat "gerommel" of "dreun" betekent. De ontwikkeling naar het huidige gebruik in de Spaanse taal heeft plaatsgevonden via verschillende culturele invloeden in de loop der tijd.
Synoniemen: - Explosivo (explosief) - Artefacto (artefact in context van een explosief)
Antonieme: - Paz (vrede, in context van afwezigheid van oorlog of geweld)
In bepaalde contexten kan "bomba" dus zowel negatieve implicaties hebben (zoals in oorlog of geweld) als positieve (zoals geweldige prestaties of succesvolle situaties).