Woordsoort: Zelfstandig naamwoord
Fonetische transcriptie: /bokse.a'ðoɾ/
Hoe wordt het woord gebruikt in het Spaans: "Boxeador" is een zelfstandig naamwoord dat verwijst naar een bokser, iemand die het boksen beoefent. Het wordt zowel in mondelinge als schriftelijke contexten gebruikt.
Voorbeeldzinnen: 1. El boxeador entrenaba duro todas las mañanas para la pelea del sábado. (De bokser trainde hard elke ochtend voor de zaterdagse wedstrijd.) 2. El boxeador mexicano es conocido por su habilidad y resistencia en el ring. (De Mexicaanse bokser staat bekend om zijn vaardigheid en uithoudingsvermogen in de ring.)
Idiomatische uitdrukkingen:
1. "Pelea de boxeadores"
Vertaling: "Bokswedstrijd"
Voorbeeldzin: La pelea de boxeadores fue muy emocionante hasta el último round. (De bokswedstrijd was zeer spannend tot de laatste ronde.)
"Golpe de boxeador"
Vertaling: "Bokserkneep"
Voorbeeldzin: Le dio un golpe de boxeador al sacar la verdad a la luz. (Hij gaf een bokserkneep door de waarheid aan het licht te brengen.)
"Mente de boxeador"
Vertaling: "Mentale kracht van een bokser"
Voorbeeldzin: Con la mente de boxeador que tiene, podrá superar cualquier obstáculo. (Met de mentale kracht van een bokser die hij heeft, zal hij elk obstakel kunnen overwinnen.)
Etymologie: Het woord "boxeador" is afgeleid van het Engelse woord "boxer", wat op zijn beurt teruggaat op het Duitse woord "Boxer" (bokser). Het boksen als sport heeft zijn oorsprong in Engeland in de 18e eeuw.
Synoniemen: Luchador, pugilista
Antoniemen: No-bokser, pacifista