"Brecha" is een zelfstandig naamwoord.
De fonetische transcriptie van "brecha" is /ˈbɾe.t͡ʃa/.
"Brecha" kan worden vertaald als "breuk", "kloof", of "gap" in het Nederlands, afhankelijk van de context.
In het Spaans verwijst "brecha" meestal naar een opening, scheur of kloof. Het kan letterlijk gebruikt worden om een fysieke opening aan te duiden, zoals een breuk in een muur, maar ook figuurlijk om een kloof of ongelijkheid in sociale, economische of andere contexten te beschrijven.
Het woord "brecha" wordt vaak gebruikt in zowel gesproken als geschreven tekst, hoewel het iets gebruikelijker kan zijn in geschreven contexten vanwege de vaak formele aard van de discussies waarin het wordt gebruikt.
La brecha entre ricos y pobres sigue aumentando en nuestra sociedad.
(De kloof tussen rijk en arm blijft in onze samenleving toenemen.)
Hay una brecha en la pared que necesita ser reparada.
(Er is een breuk in de muur die gerepareerd moet worden.)
"Brecha" wordt vaak gebruikt in verschillende idiomatische uitdrukkingen, vooral in sociale en economische contexten.
Cerrar la brecha - De kloof dichten.
Es necesario cerrar la brecha entre la educación rural y urbana.
(Het is noodzakelijk de kloof tussen plattelands- en stedelijk onderwijs te dichten.)
Aumentar la brecha - De kloof vergroten.
Las políticas actuales tienden a aumentar la brecha entre las clases sociales.
(De huidige beleidsmaatregelen hebben de neiging de kloof tussen de sociale klassen te vergroten.)
Reducir la brecha - De kloof verkleinen.
Es fundamental reducir la brecha de género en el mercado laboral.
(Het is essentieel de genderkloof op de arbeidsmarkt te verkleinen.)
"Brecha" komt van het Latijnse woord "fractura", wat "breuk" betekent, en is gerelateerd aan het werkwoord "frangere", dat betekent "breken". De ontwikkeling van het woord in het Spaans heeft geleid tot het huidige gebruik in diverse contexten.
Door deze veelzijdigheid in gebruik, kan "brecha" in verschillende contexten worden toegepast, van technische tot sociale discussies.