Cabalgar is een werkwoord in het Spaans.
De fonetische transcriptie van cabalgar in het Internationaal Fonetisch Alfabet (IPA) is /ka.βal.ˈɡaɾ/.
Cabalgar betekent "rijden" of "op een paard rijden" in het Nederlands.
Cabalgar wordt gebruikt voor het beschrijven van de handeling van rijden, vooral op een paard. Het woord heeft een archaïsche en historische connotatie, en het is minder gebruikelijk in dagelijkse spraak in vergelijking met andere synoniemen zoals "montar". Het wordt vaker in geschreven teksten gevonden, zoals literatuur, poëzie, en verhalen over de natuur of het plattelandsleven.
De ridder besloot te rijden tot aan de horizon.
Ella prefiere cabalgar por los campos en primavera.
Er zijn enkele idiomatische uitdrukkingen die het woord cabalgar bevatten. Hier zijn een paar voorbeelden:
Je moet weten dat als je de tiger rijdt, er geen weg terug is.
Cabalgar sobre dos caballos - Dit verwijst naar het proberen om twee dingen tegelijk te doen of dubbele relaties hebben.
Je kunt niet op twee paarden tegelijk rijden zonder te vallen.
No saber cabalgar - Dit betekent niet weten hoe je met een situatie om moet gaan.
Cabalgar komt van het Latijnse woord caballāricu(m), wat "om te rijden" of "te paard" betekent. De wortel "caballo" (paard) is afgeleid uit hetzelfde Latijnse woord. Het woord heeft in de loop der tijd zijn vorm en gebruik behouden, vooral in de context van het rijden op een paard.
Synoniemen: - Montar (rijden) - Andar a caballo (te paard gaan)
Antoniemen: - Bajar (afstappen) - Desmontar (afstappen van een paard)