"Cabrear" is een werkwoord.
De fonetische transcriptie van "cabrear" in het Internationaal Fonetisch Alfabet is /kaβˈɾeaɾ/.
Het woord "cabrear" kan in het Nederlands worden vertaald als "boos maken", "woedend maken" of "vervelen".
"Cabrear" betekent letterlijk het veroorzaken van woede, frustratie of irritatie. Het wordt vaak gebruikt in informele en colloquiale contexten, vooral in Spanje en sommige Latijns-Amerikaanse landen zoals Chili, Peru, Guatemala en Puerto Rico. Het woord komt vaker voor in de mondelinge spraak dan in geschreven teksten.
La noticia de su renuncia me cabreó.
(Het nieuws van zijn ontslag maakte me boos.)
No me cabrees más, por favor.
(Maak me alsjeblieft niet nog bozer.)
"Cabrear" komt voor in verschillende idiomatische uitdrukkingen en gezegden. Hier zijn enkele voorbeelden:
No quiero cabrearte, pero tengo que decirte la verdad.
(Ik wil je niet boos maken, maar ik moet je de waarheid vertellen.)
Se cabreó tanto que no quiso hablar con nadie.
(Hij/zij werd zo boos dat hij/zij met niemand wilde praten.)
A veces la gente se cabrea sin razón.
(Soms maken mensen zich zonder reden boos.)
Ella siempre se cabrea cuando hablan de política.
(Ze wordt altijd boos als er over politiek gesproken wordt.)
No hay razón para cabrearse por algo tan pequeño.
(Er is geen reden om boos te worden om zoiets kleins.)
Het woord "cabrear" is afgeleid van het Spaanse woord "cabre", wat "geit" betekent. De connectie met de geit is niet geheel duidelijk, maar de link naar woede en opstandigheid kan liggen in de aard van een geit, die soms als moeilijk beheersbaar wordt beschouwd.
Synoniemen: enojar, irritar, molestar
Antoniemen: calmar, apaciguar, tranquilizar
Door de veelzijdigheid van het woord kan "cabrear" in verschillende contexten worden gebruikt, waardoor het een veelzijdig en vaak gebruikt onderdeel van de informele Spaanse taal is.