Het woord "caja" is een zelfstandig naamwoord in het Spaans.
De fonetische transcriptie van "caja" in het Internationaal Fonetisch Alfabet is /ˈkaxa/.
De vertaling van "caja" in het Nederlands is "doos", "kas", of "box", afhankelijk van de context.
"Caja" heeft verschillende betekenissen in het Spaans. Het verwijst meestal naar een receptacle, zoals een doos of container. Het kan ook verwijzen naar een kassa in winkels of een bank. De frequentie van gebruik is vrij hoog in zowel mondelinge als geschreven context, hoewel het vaker voorkomt in meer informele, dagelijkse gesprekken.
La caja está llena de juguetes.
(De doos zit vol met speelgoed.)
Fui a la caja a pagar mi compra.
(Ik ging naar de kassa om mijn aankoop te betalen.)
"Caja" verschijnt in verschillende idiomatische uitdrukkingen en gezegden. Hier zijn enkele voorbeelden:
Caja de sorpresas
Dit betekent letterlijk "doos van verrassingen". Het wordt gebruikt om iets te beschrijven dat onverwachte wendingen of gebeurtenissen bevat.
¡Abrir esa caja de sorpresas fue emocionante!
(Die doos van verrassingen openen was opwindend!)
Salir de la caja
Dit betekent "uit de doos komen", wat metaforisch kan verwijzen naar het buiten de gebaande paden denken of nieuwe ideeën en creativiteit omarmen.
Es necesario salir de la caja para innovar.
(Het is noodzakelijk om uit de doos te komen om te innoveren.)
Meter en la caja
Dit betekent "in de doos stoppen" en kan gebruikt worden in de context van het insluiten of opsluiten van iets.
Tienes que meter tus recuerdos en la caja para que estén a salvo.
(Je moet je herinneringen in de doos stoppen zodat ze veilig zijn.)
Het woord "caja" komt van het Latijnse "capsa", wat "doos" of "box" betekent. Dit is via het Vulgar Latijn terechtgekomen in het Oud-Spaans.
Synoniemen: - Contenedor (container) - Estuche (doos) - Caja fuerte (kluis)
Antoniemen: - Abierto (open) - Vacío (leeg)