Het woord "camping" is een zelfstandig naamwoord.
De fonetische transcriptie van "camping" met behulp van het Internationaal Fonetisch Alfabet is: /ˈkampinɡ/
In het Nederlands betekent "camping" eenvoudigweg "camping". Er zijn geen directe vertalingen, maar het kan in sommige contexten ook worden aangeduid als "kampeerterrein".
In het Spaans verwijst "camping" naar een plek waar mensen hun tenten, caravans of campers opzetten om te overwinteren of vakantie te vieren. Het woord is gebruikelijk in zowel gesproken als geschreven Spaans en wordt frequent gebruikt als men spreekt over recreatieve activiteiten in de natuur.
We gaan op vakantie naar een camping aan het strand.
El camping donde nos quedamos estaba lleno de familias.
Hoewel "camping" niet veel voorkomt in idiomatische uitdrukkingen, zijn er enkele uitdrukkingen die gerelateerd zijn aan kamperen en outdooractiviteiten. Hier zijn enkele voorbeeldzinnen:
"Kamperen is een uitstekende manier om uit de stad te ontsnappen."
"Me encanta hacer camping en la montaña durante el verano."
"Ik hou ervan om in de bergen te campen in de zomer."
"Los fines de semana, a menudo vamos de camping con amigos."
Het woord "camping" is afkomstig van het Franse woord "camping", dat op zijn beurt is afgeleid van het werkwoord "camper", wat "op een kamp plaatsen" betekent. Het werd in de 19e eeuw populair in de combinatie van recreatief leven in de natuur.
Er zijn niet veel directe antoniemen voor "camping", maar je zou termen als "hotel" of "resort" kunnen beschouwen als tegenovergestelde concepten, aangezien deze voelen als meer permanente of luxueuze accommodaties in plaats van tijdelijke verblijfplaatsen in de natuur.