"Cancha" is een zelfstandig naamwoord in het Spaans.
De fonetische transcriptie van "cancha" in het Internationaal Fonetisch Alfabet is /ˈkan.tʃa/.
In het Spaans verwijst "cancha" naar een terrein of veld waar sporten of andere activiteiten plaatsvinden, zoals voetbal, basketbal of tennis. Het woord wordt vaak gebruikt in zowel geschreven als gesproken context. Het is vrij algemeen en wordt regelmatig gebruikt, vooral in de sportwereld.
Op het voetbalveld spelen we elk weekend.
La cancha de baloncesto está ocupada por un torneo.
Er zijn verschillende idiomatische uitdrukkingen met "cancha":
Zij heeft ervaring in het onderhandelen over contracten.
Salir de la cancha - Dit betekent om ergens uit te stappen of ergens niet meer aan deel te nemen.
Ik besloot uit het project te stappen omdat ik me niet op mijn gemak voelde.
Llegar a la cancha - Dit betekent dat iemand arriveert op de plek waar iets gebeurt, meestal met betrekking tot een evenement.
Het woord "cancha" komt uit het Quechua, een inheemse taal van de Andes, en betekent letterlijk 'ondergang' of 'vloer'. Het werd in de 19e eeuw in het Spaans geïntroduceerd, met de betekenis van een sportveld of speelveld.
Deze informatie over "cancha" geeft een uitgebreid overzicht van het gebruik en de cultuur eromheen binnen de Spaanse taal.