"Desconfiar" is een werkwoord in de Spaanse taal.
De fonetische transcriptie van "desconfiar" in het Internationaal Fonetisch Alfabet (IPA) is /des.kon.fiˈaɾ/.
"Desconfiar" kan in het Nederlands worden vertaald met "wantrouwen" of "vermoeden".
"Desconfiar" betekent het hebben van een gebrek aan vertrouwen in iemand of iets. Het wordt gebruikt in de context van het uiten van twijfels of een negatieve beoordeling van een persoon of zaak.
De gebruiksfrequentie van "desconfiar" is redelijk hoog, voornamelijk in geschreven context zoals literatuur, nieuwsartikelen en juridische teksten, maar het komt ook voor in de dagelijkse spreektaal.
"Het is altijd goed om wantrouwen te hebben tegenover aanbiedingen die te mooi zijn om waar te zijn."
"Desconfiar de las intenciones de una persona puede protegerte de traiciones."
"Desconfiar" wordt vaak gebruikt in verschillende uitdrukkingen en zinnen die het begrip van wantrouwen benadrukken.
"Wie veel wantrouwt, maakt weinig kans op succes."
"Desconfiar de amigos a veces es necesario."
"Soms is het nodig om vrienden te wantrouwen."
"Es mejor desconfiar que confiar ciegamente."
"Het is beter om wantrouwend te zijn dan blindelings te vertrouwen."
"Si alguien te ofrece algo demasiado fácil, desconfía."
"Als iemand je iets te eenvoudig aanbiedt, wantrouw het."
"Desconfiar de la gente que no muestra su verdadero yo es prudente."
"Desconfiar" is samengesteld uit het voorvoegsel "des-" dat een negatie of afwezigheid aangeeft, en "confiar", wat betekent "vertrouwen". Het etymologische pad benadrukt de actie van het gebrek aan vertrouwen.
Synoniemen: - Dudar (twijfelen) - Sospechar (vermoeden)
Antoniemen: - Confiar (vertrouwen) - Creer (geloven)