"Duro" is een bijvoeglijk naamwoord in het Spaans.
De fonetische transcriptie van "duro" in het Internationaal Fonetisch Alfabet is /ˈdu.ɾo/.
"Duro" kan naar het Nederlands worden vertaald als "hard", "moeilijk", of "strak", afhankelijk van de context.
In het Spaans betekent "duro" over het algemeen iets dat stevig of niet gemakkelijk te breken of te vervormen is. Het kan ook in figuurlijke zin worden gebruikt, zoals in "een moeilijke situatie" of "strenge omstandigheden". Het woord is vrij frequent in zowel gesproken als geschreven Spaans.
Voorbeeldzinnen: 1. Este material es muy duro. - Dit materiaal is erg hard.
"Duro" wordt vaak gebruikt in verschillende idiomatische uitdrukkingen. Hier zijn enkele voorbeelden:
"In een moeilijke situatie zijn."
"Hacer algo duro."
"Iets moeilijk maken."
"Dar un golpe duro."
"Een harde klap geven."
"Pasar un momento duro."
"Een moeilijke tijd doorgaan."
"Estar duro de cabeza."
Het Spaanse woord "duro" stamt af van het Latijnse "durus", wat ook "hard" betekent. Het heeft dezelfde basis als woorden in andere Romaanse talen die gerelateerd zijn aan hardheid of duurzaamheid.
Synoniemen: - Firme (stevig) - Sólido (vast) - Dificil (moeilijk)
Antoniemen: - Blando (zacht) - Fácil (gemakkelijk) - Suave (zacht of soepel)
Dit biedt een uitgebreide kijk op het woord "duro", zijn toepassingen en variaties in gebruik.