Het woord "echar" is een werkwoord in het Spaans.
De fonetische transcriptie met behulp van het Internationaal Fonetisch Alfabet is: /eˈtʃaɾ/.
Het werkwoord "echar" kan verschillende vertalingen naar het Nederlands hebben, afhankelijk van de context: - gooien - werpen - leggen (in de zin van iets ergens in doen) - toevoegen (bijvoorbeeld in koken) - veroorzaken (in een figuurlijke zin, zoals een probleem creëren)
In het Spaans betekent "echar" in het algemeen "iets gooien" of "ergens in doen". Het wordt veel gebruikt in zowel geschreven als gesproken taal, hoewel het gebruik vaker voorkomt in de dagelijkse, informele spraak. Door de veelzijdigheid van het werkwoord vindt men het terug in verschillende contexten, van alledaagse activiteiten tot specifieke handelingen zoals in de keuken of zelfs juridische termen.
Voy a echar la basura.
(Ik ga de vuilnis weggooien.)
Ella decidió echarle sal a la comida.
(Zij besloot zout aan het eten toe te voegen.)
No eches toda la culpa en mí.
(Wijs niet alle schuld op mij.)
"Echar" is een veelgebruikt woord in verschillende idiomatische uitdrukkingen in het Spaans. Hier zijn enkele voorbeelden:
Ejemplo: Echo de menos a mi familia.
(Ik mis mijn familie.)
Echar un vistazo
(Een blik werpen)
Ejemplo: Voy a echar un vistazo a ese libro.
(Ik ga een blik op dat boek werpen.)
Echar la culpa
(De schuld geven)
Ejemplo: No hay que echar la culpa a los demás.
(We moeten anderen niet de schuld geven.)
Echar a perder
(Bederven of iets verpesten)
Het werkwoord "echar" komt van het Latijnse woord "iacere", wat "gooien" of "werpen" betekent. Het is door de tijd heen geëvolueerd binnen de Romaanse talen, maar het behoudt een vergelijkbare betekenis in veel van deze talen.
Door deze veelzijdigheid en frequente gebruik, is "echar" een essentieel en nuttig woord in de Spaanstalige communicatie.