"Edad" is een zelfstandig naamwoord in het Spaans.
De fonetische transcriptie van "edad" in het Internationaal Fonetisch Alfabet (IPA) is /eˈðad/.
"Edad" kan in het Nederlands vertaald worden als "leeftijd".
"Edad" verwijst naar de periode waarin iemand of iets heeft geleefd of bestaat. In het Spaans kan het woord in verschillende contexten worden gebruikt, zoals het aangeven van de leeftijd van een persoon of het beschrijven van een bepaalde tijdsperiode in de geschiedenis.
Het woord wordt vrij frequent gebruikt in zowel mondelinge als geschreven context. In gesprekken over persoonlijke gegevens, demografie, en sociale studies komt het vaak voor.
Mijn vriendin is dertig jaar oud.
La edad de la tierra es estimada en miles de millones de años.
"Edad" wordt ook vaak gebruikt in idiomatische uitdrukkingen en gezegden in het Spaans. Hier zijn enkele voorbeelden:
Deze uitdrukking wordt gebruikt om naar de puberteit te verwijzen.
No hay edad para aprender
We kunnen altijd nieuwe kennis opdoen, ongeacht onze leeftijd.
A medida que pasa la edad
Het woord "edad" stamt af van het Latijnse "aetatem, aetatis", wat "leeftijd" of "periode" betekent. Het heeft zijn weg gevonden in het moderne Spaans en is behouden gebleven met een vergelijkbare betekenis.
Synoniemen: - "Tiempo" (tijd) - "Era" (tijdperk) - "Período" (periode)
Antoniemen: - "Infancia" (kindertijd) - "Juventud" (jeugd) - "Vejez" (oudere leeftijd of ouderdom)