"Empachar" is een werkwoord in de onregelmatige vorm.
De fonetische transcriptie van "empachar" is /em.paˈt͡ʃaɾ/.
"Empachar" kan in het Nederlands vertaald worden als: - Overbelasten - Te veel eten - Zich verstoppen (in de zin van een vol gevoel)
"Empachar" verwijst voornamelijk naar het gevoel van ongemak door overmatig eten of drinken. In de Spaanse taal wordt het vaak gebruikt om te beschrijven hoe iemand zich voelt na het consumeren van te veel voedsel, wat leidt tot een vol of ongemakkelijk gevoel in de maag. Het woord wordt relatief vaak in de gesproken taal gebruikt, vooral in informele situaties waarin mensen hun ervaringen met eten delen.
Voorbeeldzinnen:
- Después de comer tanto, me siento empachado.
(Na zoveel te hebben gegeten, voel ik me vol.)
"Empachar" komt ook voor in enkele idiomatische uitdrukkingen, vaak gerelateerd aan voedsel en consumptie. Hier zijn enkele voorbeelden:
Siempre se empacha de dulces en las fiestas.
(Hij/zij propt zich altijd vol met snoep tijdens feesten.)
Estar empachado.
(Te vol of ongemakkelijk voelen.)
No puedo moverme, estoy empachado.
(Ik kan me niet bewegen, ik voel me te vol.)
Empachar el estómago.
(De maag overbelasten.)
Het woord "empachar" komt van het Spaanse werkwoord "pachar", dat 'verstoppen' of 'opstapelen' betekent, met het voorvoegsel "em-", dat een verandering in staat of toestand aanduidt. Het is verwant aan het Latijnse woord "paccare", wat ook "verstoppen" betekent.
Synoniemen: - Indigestión (indigestie) - Sobrecomer (overweldigend)
Antoniemen: - Aliviar (verlichten) - Desempachar (leegmaken of bevrijden van een vol gevoel)
Door dit gebruik van "empachar" in verschillende contexten en uitdrukkingen, krijgt het een rijke betekenis in de Spaanse taal, die verder gaat dan alleen de directe vertaling.