"Espectro" is een zelfstandig naamwoord.
De fonetische transcriptie van "espectro" in het Internationaal Fonetisch Alfabet (IPA) is /esˈpektɾo/.
Het woord "espectro" kan in het Nederlands vertaald worden als "specter" of "spectrum", afhankelijk van de context.
In het Spaans betekent "espectro" meestal "geest" of "spectrum", afhankelijk van de context waarin het wordt gebruikt. In de algemene zin kan het verwijzen naar een geest of spook, terwijl het in wetenschappelijke contexten gerefereerd kan worden aan een spectrum, zoals in de natuurkunde of geneeskunde.
De gebruiksfrequentie van "espectro" is vrij hoog, vooral in geschreven teksten, zoals in wetenschappelijke artikelen en literatuur. In de gesproken taal komt het ook voor, maar het zal vooral afhankelijk zijn van het onderwerp van het gesprek.
"El espectro apareció en la casa abandonada."
(Het specter verscheen in het verlaten huis.)
"Los científicos estudiaron el espectro de la luz."
(De wetenschappers bestudeerden het spectrum van het licht.)
Hoewel "espectro" niet zeer gebruikelijk is in idiomatische uitdrukkingen, zijn er enkele zinnen waarin het woord voorkomt:
"Tener el espectro de algo en la mente."
(Het specter van iets in gedachten hebben.)
"El espectro de la guerra acecha en el horizonte."
(Het specter van de oorlog loert aan de horizon.)
Het woord "espectro" is afgeleid van het Latijnse “spectrum,” wat "beeld" of "afbeelding" betekent. Het is gerelateerd aan de werkwoordsvorm “specere,” wat "kijken" betekent.
Dit biedt een uitgebreide uitleg van het woord "espectro" in de context van het Spaans.