faena - betekenis, definitie, vertaling, uitspraak
Diclib.com
Online Woordenboek

faena (spaans) - betekenis, definitie, vertaling, uitspraak


Algemene informatie

Voorbeeldzinnen

  1. Mañana tengo que hacer una faena de limpieza en casa. (Morgen moet ik een schoonmaakklus in huis doen.)
  2. El torero realizó una faena espectacular en la plaza de toros. (De stierenvechter voerde een spectaculaire show uit in de arena.)

Idiomatische uitdrukkingen

  1. Hacer la faena: iets afmaken of voltooien.
  2. Juan tiene que hacer la faena de arreglar la puerta antes de la fiesta. (Juani moet de klus afmaken van het repareren van de deur voor het feest.)

  3. Cargar con la faena: de verantwoordelijkheid op zich nemen.

  4. Si nadie quiere limpiar, yo cargaré con la faena. (Als niemand wil schoonmaken, dan neem ik de verantwoordelijkheid op me.)

Etymologie

Het woord 'faena' komt uit het Latijnse 'facinus' wat 'werk' of 'daad' betekent. In het Spaans wordt 'faena' gebruikt om verschillende soorten werk, taken of opdrachten aan te duiden, afhankelijk van de context.

Synoniemen en antoniemen

Gebruik in de Spaanse taal

Het woord "faena" wordt veel gebruikt in het Spaans, zowel in mondelinge als schriftelijke contexten. Het kan verwijzen naar verschillende soorten werk, taken of activiteiten, afhankelijk van de situatie waarin het wordt gebruikt.