"Frito" is een bijvoeglijk naamwoord en kan ook als zelfstandig naamwoord gebruikt worden in het Spaans.
De fonetische transcriptie van "frito" in het Internationaal Fonetisch Alfabet (IPA) is: /ˈfɾito/.
Het woord "frito" verwijst naar eten dat is gebakken of gefrituurd in olie. In het Spaans wordt het vaak gebruikt om te beschrijven dat iets met hoge temperatuur in vet of olie is gekookt. Het wordt vaak in zowel gesproken als geschreven taal gebruikt, maar er is een lichte voorkeur voor mondelinge spraak, vooral in informele contexten.
El pollo frito es uno de mis platos favoritos.
(De gefrituurde kip is een van mijn favoriete gerechten.)
Me gusta comer papas fritas con ketchup.
(Ik houd ervan om gefrituurde aardappelen met ketchup te eten.)
In het Spaans zijn er verschillende idiomatische uitdrukkingen die het woord "frito" bevatten. Hier zijn enkele voorbeelden:
Echar una mano frita
Dit betekent iemand helpen in een moeilijke situatie.
(Ik wilde hem een handje helpen, maar hij wilde het zelf doen, dus ik heb hem een mano frita aangeboden.)
(Ik wilde hem helpen, maar hij wilde het zelf doen, dus bood ik hem een fritarende hand aan.)
No estar frito
Dit betekent dat iemand niet bezwijkte voor angst of wanhoop.
(Cuando vi el examen, pensé que estaría frito, pero me sorprendí con la nota.)
(Toen ik het examen zag, dacht ik dat ik het niet zou halen, maar ik was verrast met het cijfer.)
Estar frito
Dit betekent dat iemand in de problemen zit of dat iets gedoemd is te mislukken.
(Si no estudio para el examen, voy a estar frito.)
(Als ik niet studeer voor het examen, ga ik in de problemen komen.)
"Frito" is afgeleid van het Spaanse werkwoord "freír", wat betekent "frituren" of "bakken". De wortel van "freír" gaat terug naar het Latijn "frigere", wat "verhitten" betekent.
Synoniemen: - Cocido (gekookt) - Asado (gegrild)
Antoniemen: - Crudo (rauw) - Fresco (vers, ongekookt)
Dit geeft een uitgebreide kijk op het woord "frito", zijn gebruik en betekenis in de Spaanse taal.