Het woord "ganso" is een zelfstandig naamwoord.
De fonetische transcriptie van "ganso" volgens het Internationaal Fonetisch Alfabet (IPA) is /ˈɡanso/.
Het woord "ganso" vertaalt naar het Nederlands als "gans".
In het Spaans verwijst "ganso" naar een soort watervogel die vaak in groepen leeft. Gansen zijn bekend om hun migratiepatronen en kunnen in zoet- en zoutwateromgevingen worden aangetroffen. Het woord wordt zowel in mondelinge spraak als in geschreven context gebruikt. Het is vrij gebruikelijk en kan in verschillende contexten voorkomen.
De gans zwom in het meer.
Vi un ganso en el parque este fin de semana.
In het Spaans wordt "ganso" niet vaak gebruikt in idiomatische uitdrukkingen, maar er zijn enkele uitdrukkingen die het woord in verschillende contexten kunnen bevatten, vooral in verband met de karakteristieke eigenschappen van gansen.
Wees geen gans, denk goed na voordat je handelt.
Cuando se agrupan, parecen un ganso en su vuelo.
Wanneer ze zich groeperen, lijken ze op een gans in hun vlucht.
Está tan tranquilo como un ganso en el agua.
Het woord "ganso" komt van het Latijnse "anser", wat ook "gans" betekent. De ontwikkeling van het woord heeft plaatsgevonden door de evolutie van de taal door de eeuwen heen, waarbij het door verschillende invloeden is gevormd.
Synoniemen: - "gansito" (voor een jonge gans)
Antoniemen: - Er zijn geen directe antoniemen voor "ganso", aangezien het een specifieke soort vogel betreft. In bredere zin kan men bijvoorbeeld "pájaro" (vogel) als een algemene term beschouwen, maar niet als direct antoniem.
Deze structuur en informatie zouden moeten helpen om een volledig overzicht te krijgen van het woord "ganso" in het Spaans en zijn gebruik in de taal.