"Guijarro" is een zelfstandig naamwoord in het Spaans.
De fonetische transcriptie met behulp van het Internationaal Fonetisch Alfabet (IPA) is: /ɡiˈxa.ro/
"Guijarro" vertaalt naar het Nederlands als "kiezel" of "grind".
Het woord "guijarro" verwijst naar een klein, glad, vaak afgerond stuk steen, meestal gevonden langs rivieren of op stranden. Het wordt veel gebruikt in de context van geologie, landschap en natuur. Het woord komt relatief vaak voor en kan zowel in gesproken als geschreven taal worden gebruikt, met een lichte voorkeur voor geschreven context in academische of informatieve teksten.
De kiezelstenen op het strand zijn perfect om zandkastelen te bouwen.
El río estaba lleno de guijarros que hacían el agua más hermosa.
"Guijarro" wordt in het Spaans vaak gebruikt in idiomatische uitdrukkingen, vooral in poëtische of beschrijvende contexten.
"Luz de guijarro en la mañana ilumina el camino."
"Caminos de guijarro" verwijst naar paden of wegen die bedekt zijn met kiezels.
"Los caminos de guijarro me traen recuerdos de mi infancia."
"Mar de guijarros" kan worden gebruikt om een uitzicht of scène te beschrijven die bezaaid is met kiezels.
Het woord "guijarro" komt van het Vulgar Latijnse "cīviārum", wat "kleinsteenen" betekent. Deze term is afgeleid van het Latijnse "cīvus", dat "steen" betekent, en toont de evolutie van de taal door de tijd heen.
Door zijn gebruik en functie in de Spaanse taal, is "guijarro" een veelzijdig woord dat niet alleen in de natuur voorkomt, maar ook in kunst en poëzie.