Woordsoort

"Honor" is een zelfstandig naamwoord in het Spaans.

Fonetische transcriptie

De fonetische transcriptie van "honor" volgens het Internationaal Fonetisch Alfabet (IPA) is /oˈnor/.

Vertaalopties voor Nederlands

Het woord "honor" kan in het Nederlands vertaald worden als "eer".

Betekenis van het woord

In het Spaans betekent "honor" de erkenning van waarde, waardigheid of respect die aan een persoon toegekend wordt. Het kan ook verwijzen naar de morele integriteit van iemand. Het gebruik van het woord "honor" komt zowel in mondelinge als geschreven context voor, maar het is vaker te vinden in formele situaties of geschreven teksten.

Voorbeeldzinnen

1. "El honor de representar a mi país es un gran privilegio."

2. "De eer om mijn land te vertegenwoordigen is een groot privilege."

3. "Es importante mantener el honor en todas nuestras acciones."

4. "Het is belangrijk om de eer in al onze handelingen te behouden."

Idiomatische uitdrukkingen

"Honor" komt vaak voor in verschillende idiomatische uitdrukkingen in het Spaans.

1. "Hacer honor a alguien"
2. Uitdrukking: "Siempre hago honor a mi madre para que se sienta orgullosa de mí."

3. Vertaling: "Ik eer altijd mijn moeder, zodat zij trots op mij kan zijn."

4. "Sin honor"

5. Uitdrukking: "Vivir sin honor es vivir sin dignidad."

6. Vertaling: "Leven zonder eer is leven zonder waardigheid."

7. "Honor y patria"

8. Uitdrukking: "Él siempre pone el honor y la patria por encima de todo."

9. Vertaling: "Hij stelt altijd eer en het vaderland boven alles."

10. "Proteger el honor"

11. Uitdrukking: "Es nuestro deber proteger el honor de la familia."
12. Vertaling: "Het is onze plicht om de eer van de familie te beschermen."

Etymologie

Het woord "honor" is afkomstig uit het LATIJNSE "honor" wat ook "eer" of "respect" betekent. Dit LATIJNSE woord had een uitgebreide reeks betekenissen, waaronder waardigheid, respect en autoriteit.

Synoniemen en Antoniemen

Synoniemen - "Dignidad" (waardigheid) - "Respeto" (respect) - "Renombre" (beroep)

Antonimen - "Deshonra" (schande) - "Indignidad" (ondigniteit) - "Desprecio" (minachting)