Het Spaanse woord "influir" is een werkwoord.
De fonetische transcriptie van "influir" in het Internationaal Fonetisch Alfabet (IPA) is /in.fluˈir/.
"Influir" kan in het Nederlands vertaald worden als "beïnvloeden".
Het woord "influir" betekent het vermogen of de actie om invloed uit te oefenen op iets of iemand. Het kan verwijzen naar zowel directe beïnvloeding als subtiele effecten. In de Spaanse taal wordt het frequent gebruikt in zowel gesproken als geschreven context. Het wordt vaak gebruikt in sociale en professionele situaties.
El clima puede influir en nuestra salud.
Het weer kan invloed hebben op onze gezondheid.
Los medios de comunicación influyen en la opinión pública.
De media beïnvloeden de publieke opinie.
"Influir" komt ook voor in verschillende idiomatische uitdrukkingen. Enkele van deze uitdrukkingen zijn:
Ejemplo: Es importante influir en los acontecimientos para lograr el cambio.
Het is belangrijk om de gebeurtenissen te beïnvloeden om verandering te bewerkstelligen.
Tener influencia sobre alguien
Invloed hebben op iemand.
Ejemplo: Ella tiene mucha influencia sobre sus compañeros de trabajo.
Zij heeft veel invloed op haar collega's.
Influir en la decisión
Invloed hebben op de beslissing.
Het woord "influir" komt uit het Latijnse "influere", wat "stromen in" betekent. Het bestaat uit de prefix "in-" (in) en "fluere" (stromen). Dit weerspiegelt het idee van iets dat binnenkomt of ingrijpt in een systeem.