"Joven" is een bijvoeglijk naamwoord en ook een zelfstandig naamwoord in het Spaans.
De fonetische transcriptie van "joven" volgens het Internationaal Fonetisch Alfabet (IPA) is /ˈxo.βen/.
"Joven" kan in het Nederlands vertaald worden als "jong" of "jongere".
In het Spaans betekent "joven" over het algemeen "jong" en kan verwijzen naar iemand die in de adolescentie of vroege volwassenheid is. Het woord wordt regelmatig gebruikt in zowel gesproken als geschreven Spaans. De gebruiksfrequentie is hoog, vooral in sociale contexten waar leeftijd of jongeren aan de orde komen.
Voorbeeldzinnen:
- "El joven está estudiando para sus exámenes."
(De jongere is aan het studeren voor zijn examens.)
In het Spaans is "joven" onderdeel van verschillende uitdrukkingen, vaak in verband met de energie, de toekomst of de verwachtingen van jongeren.
Voorbeeldzinnen:
- "Las ideas de los jóvenes deben ser escuchadas."
(De ideeën van de jongeren moeten gehoord worden.)
"Es un joven de grandes sueños."
(Hij is een jongere met grote dromen.)
"En la juventud está la fuerza del cambio."
(In de jeugd ligt de kracht van verandering.)
"Los jóvenes son más creativos que los adultos."
(Jongeren zijn creatiever dan volwassenen.)
"El joven emprendedor tiene visión."
(De jonge ondernemer heeft visie.)
Het woord "joven" komt van het Latijnse "juvenis," wat "jong" of "jeugd" betekent. Deze oorsprong geeft aan dat het begrip van jeugd en jongzijn al lange tijd in de menselijke ervaring aanwezig is.
Synoniemen: "mozo", "adolescente" (voor "jongere")
Antoniemen: "viejo" (oud), "anciano" (bejaard)
Door zijn frequent gebruik in de dagelijkse taal en zijn rol in de maatschappij is "joven" een intrinsiek en waardevol woord in het Spaans.