"Jugada" is een zelfstandig naamwoord.
De fonetische transcriptie van "jugada" in het Internationaal Fonetisch Alfabet (IPA) is /xuˈɣaða/.
"Jugada" kan in het Nederlands vertaald worden als "zet", "speling" of "actie". In sommige contexten kan het ook refereer naar een "beweging" of "speelactie".
"Jugada" verwijst naar een specifieke actie of zet die iemand maakt, meestal in een spel of sport, zoals schaken, poker, of voetbal. Het woord kan ook gebruikt worden in een bredere context om een tactische zet of strategie aan te duiden. In het Spaans wordt het woord vaak gebruikt in zowel mondelinge als geschreven contexten, met een iets hogere frequentie in informele gesprekken over sport en spel.
En el fútbol, la mejor jugada fue creando una oportunidad para marcar.
(In het voetbal was de beste zet het creëren van een kans om te scoren.)
Tienes que pensar bien cada jugada en el ajedrez.
(Je moet goed nadenken over elke zet in het schaken.)
"Jugada" is een belangrijk woord in verschillende uitdrukkingen binnen het Spaans. Hier zijn enkele idiomatische uitdrukkingen:
El abogado hizo una jugada maestra en el juicio, ganando el caso fácilmente.
(De advocaat maakte een meesterzet tijdens de rechtszaak en won de zaak gemakkelijk.)
Una jugada arriesgada
(Een riskante zet)
Tomar esa decisión fue una jugada arriesgada, pero valió la pena.
(Dat besluit nemen was een riskante zet, maar het was het waard.)
Jugada de distracción
(Afleidingszet)
Het woord "jugada" komt van het Spaanse werkwoord "jugar," wat "spelen" betekent. Het woord heeft zijn oorsprong in het Latijnse "jocare," dat eveneens "spelen" betekent, en is verwant aan andere woorden die met spel en actie te maken hebben.
Synoniemen: - Movimiento (beweging) - Acción (actie)
Antoniemen: - Inacción (inactiviteit) - Pasividad (passiviteit)