Het woord "juntura" is een zelfstandig naamwoord.
De fonetische transcriptie van "juntura" in het Internationaal Fonetisch Alfabet (IPA) is [xunˈtuɾa].
"Juntura" kan in het Nederlands worden vertaald als "gewricht" of "verbinding".
In het Spaans betekent "juntura" over het algemeen een verbinding of samenvoeging tussen twee of meer dingen, meestal met betrekking tot anatomie (zoals gewrichten in het lichaam), maar het kan ook verwijzen naar enige verbinding die twee of meer onderdelen samenbrengt. Het woord wordt zowel in gesproken als geschreven Spaans gebruikt, maar is meer gebruikelijk in technische en medische contexten.
"Juntura" wordt regelmatig gebruikt in medische en anatomische teksten, en ook in dagelijkse gesprekken wanneer men het heeft over gewrichten of verbindingen in bredere zin.
De verbinding tussen de botten is cruciaal voor de beweging.
La juntura del codo permite que el brazo se doble.
Het woord "juntura" kan ook voorkomen in verschillende idiomatische uitdrukkingen, hoewel het minder gebruikelijk is. Hier zijn enkele uitdrukkingen waarin het woord voorkomt:
Voorbeeld: Ik heb altijd een sterke band gehad met mijn broer.
Una juntura floja (een losse verbinding) - Dit kan verwijzen naar een zwakke relatie of verbinding.
Voorbeeld: Hun vriendschap voelt als een losse verbinding.
Estar en la juntura (in de verbinding zijn) - Dit kan betekenen dat men zich in een moeilijke of gecompliceerde situatie bevindt.
Het woord "juntura" heeft zijn oorsprong in het Latijnse woord "iunctura", wat "verbinding" of "samenvoeging" betekent. Het is afgeleid van "iungere", wat "samenbrengen" of "verbinden" betekent.