Het woord "leer" in het Spaans kan zowel een werkwoord als een zelfstandig naamwoord zijn.
Het fonemische transcriptie van "leer" in het Spaans volgens het Internationaal Fonetisch Alfabet is: /le'er/
"Leer" als werkwoord betekent "om te lezen" of "om te leren." Het wordt vaak gebruikt in verschillende contexten, zowel in de gesproken als geschreven taal. Het is een veelvoorkomend werkwoord dat essentieel is in zowel dagelijkse conversaties als formele teksten.
Vervoegingen van "leer" in verschillende tijden: - Tegenwoordige tijd: yo leo (ik lees), tú lees (jij leest), él/ella/usted lee (hij/zij/u leest) - Onvoltooid verleden tijd: yo leía, tú leías, él/ella/usted leía - Verleden tijd: yo leí, tú leíste, él/ella/usted leyó - Onvoltooid tegenwoordige tijd: yo estoy leyendo - Onvoltooid verleden tijd: yo estaba leyendo - Voltooid verleden tijd: yo he leído - Voltooid tegenwoordige tijd: yo he estado leyendo
"Leer" kan ook als zelfstandig naamwoord "leer" betekenen, wat verwijst naar het materiaal dat wordt gebruikt voor het maken van kleding, accessoires en meubels, zoals leer.
"Leer" wordt vaak gebruikt in verschillende idiomatische uitdrukkingen in het Spaans. Hier zijn enkele voorbeelden: 1. Echar una ojeada a: een blik werpen op - Voy a echar una ojeada a este informe antes de la reunión. (Ik ga een blik werpen op dit rapport voor de vergadering.) 2. Leer entre líneas: tussen de regels door lezen - Siempre leo entre líneas para entender lo que realmente quiere decir. (Ik lees altijd tussen de regels door om te begrijpen wat het echt betekent.) 3. Leer en voz alta: hardop lezen - Te voy a pedir que leas en voz alta el primer párrafo. (Ik ga je vragen om het eerste paaragraaf hardop te lezen.) 4. Leer la mente: gedachten lezen - Nadie puede leer la mente, así que es mejor expresar tus pensamientos claramente. (Niemand kan gedachten lezen, dus het is beter om je gedachten duidelijk uit te drukken.) 5. No dejar de leer: niet kunnen ophouden met lezen - Este libro es tan interesante que no dejo de leer. (Dit boek is zo interessant dat ik niet kan stoppen met lezen.)
Het werkwoord "leer" komt van het Latijnse "legere", wat "lezen" of "verzamelen" betekent.
Synoniemen: - Estudiar (studeren) - Aprender (leren)
Antoniemen: - Dejar (laten) - Olvidar (vergeten)