"Macha" is een zelfstandig naamwoord, gebruikt in informele contexten, voornamelijk in Argentië.
De fonetische weergave van "macha" in het Internationaal Fonetisch Alfabet (IPA) is /ˈma.t͡ʃa/.
In het Nederlands kan "macha" vertaald worden als "grootmoeder" of "oma", afhankelijk van de context.
In het Spaans, en specifiek in het Argentijns, verwijst "macha" vaak naar een vrouwelijke persoon, en kan ook als een uitdrukking van genegenheid worden gebruikt. Het wordt vooral in informele gesprekken gebruikt en is gebruikelijk in gesproken taal. In geschreven context is het minder frequent, aangezien formeel en literair Spaans vaak het meer standaard "abuela" gebruikt.
"Mi macha siempre me cuenta historias de su juventud."
"Mijn oma vertelt me altijd verhalen over haar jeugd."
"Pasé el fin de semana con mi macha en su casa."
"Ik heb het weekend doorgebracht bij mijn oma in haar huis."
"Macha" kan in verschillende idiomatische uitdrukkingen worden gebruikt, vooral in Argentië, waar het een warme of informele connotatie heeft.
"Sos un macha de corazón."
"Je bent een oma van hart." (Wat betekent dat iemand warm en zorgzaam is.)
"No hay nada como el amor de una macha."
"Er is niets zoals de liefde van een oma."
"Macha, ¿me puedes ayudar con esto?"
"Oma, kun je me hiermee helpen?"
"Siempre visito a mi macha en las fiestas familiares."
"Ik bezoek altijd mijn oma tijdens de familiefeesten."
"Mi macha me enseñó a cocinar."
"Mijn oma heeft me leren koken."
Het woord "macha" is afgeleid van "abuela," wat "grootmoeder" betekent in het standaard Spaans. Het gebruik is echter veranderd en is in Argentinië veranderd in de meer informele en liefdevolle term "macha."