"Manzano" is een zelfstandig naamwoord.
De fonetische transcriptie van "manzano" in het Internationaal Fonetisch Alfabet (IPA) is /manˈθano/ (Castiliaans) of /manˈsano/ (Latijns-Amerikaans).
"Manzano" vertaalt naar "appelboom" in het Nederlands.
Het woord "manzano" verwijst naar de appelboom, een fruitboom die de appel draagt. In het Spaans wordt het woord vaak gebruikt in zowel schriftelijke als mondelinge communicatie. De gebruiksfrequentie is matig en het wordt vaker aangetroffen in geschreven contexten, zoals in literatuur of landbouwgerelateerde teksten.
De appelbomen in de boomgaard zitten vol met appels.
Me gusta sentarme debajo de un manzano en primavera.
Er zijn niet veel idiomatische uitdrukkingen die specifiek het woord "manzano" bevatten. Echter, "manzana" (de appel) wordt gebruikt in verschillende uitdrukkingen:
De uitdrukking kan gebruikt worden in de context: "Él siempre saca una manzana de su jardín cuando necesita algo."
"Manzana de la discordia"
Het woord "manzano" komt van "manzana," dat van het Latijnse "māla" komt, wat "appel" betekent. Het woord heeft zijn oorsprong in de Iberisch-Romeinse periode en heeft zich ontwikkeld binnen de Romaanse talen.
Synoniemen: - "Árbol de manzana" (appelboom)
Antoniemen: Er zijn geen directe antoniemen voor "manzano," omdat het een specifieke soort boom beschrijft. Het zou kunnen worden vergeleken met andere fruitbomen zoals "peral" (peerboom) of "ciruelo" (pruimenboom), maar dat zijn geen ware antoniemen.