Het woord "mentiroso" is een bijvoeglijk naamwoord en kan ook als zelfstandig naamwoord gebruikt worden.
De fonetische transcriptie in het Internationaal Fonetisch Alfabet is /men.ti.ˈɾo.so/.
"Mentiroso" betekent "iemand die vaak liegt" of "bedrieglijk". Het wordt vaak gebruikt om een persoon te beschrijven die niet eerlijk is, vaak om zijn/haar voordeel te behalen. Het wordt frequent gebruikt in zowel gesproken als geschreven Spaans. De woordgebruikfrequentie leert ons dat het een gangbaar en herkenbaar woord is binnen de Spaanse taal.
El mentiroso siempre encuentra maneras de engañar a los demás.
De leugenaar vindt altijd manieren om anderen te bedriegen.
No confíes en él, es un mentiroso.
Vertrouw hem niet, hij is een leugenaar.
La historia que contó fue de un mentiroso.
Het verhaal dat hij vertelde was van een leugenaar.
"Mentiroso" komt voor in verschillende idiomatische uitdrukkingen, hoewel het minder gebruikelijk is dan sommige andere woorden. Hier zijn enkele voorbeelden:
"Ser un mentiroso patológico."
Een pathologische leugenaar zijn.
Dit verwijst naar iemand die compulsief liegt.
"No hay peor mentiroso que el que se cree sus propias mentiras."
Er is geen ergere leugenaar dan iemand die in zijn eigen leugens gelooft.
Dit duidt op zelfbedrog.
"Aquel mentiroso se ha quedado sin amigos."
Die leugenaar heeft geen vrienden meer.
Dit benadrukt de sociale gevolgen van leugenachtig gedrag.
De oorsprong van "mentiroso" komt van het werkwoord "mentir", wat "liegen" betekent. Dit heeft zijn roots in het Latijnse "mentiri", wat ook "liegen" of "bedriegen" betekent.
Synoniemen: - Engañador (bedrieger) - Farsante (oplichter)
Antoniemen: - Honesto (eerlijk) - Verdadero (waarachtig)