"Mosca" is een zelfstandig naamwoord in het Spaans.
[mós.ka]
Het woord "mosca" verwijst in het Spaans naar een vlieg, een algemeen insect dat vaak te vinden is. Het wordt frequent gebruikt in zowel gesproken als geschreven context, met een lichte voorkeur voor gesproken taal, vooral in informele conversaties. De frequentie van gebruik kan tijdens bepaalde seizoenen, zoals de lente en de zomer, toenemen wanneer vliegen meer aanwezig zijn.
In de keuken is er een vlieg die me niet met rust laat.
No olvides cerrar la ventana para que no entre una mosca.
Vergeet niet het raam te sluiten, zodat er geen vlieg naar binnen komt.
La mosca es un insecto muy común en las ciudades.
In het Spaans zijn er verschillende uitdrukkingen waarin "mosca" voorkomt, vaak met een figuurlijke betekenis.
Betekenis: Iemand die zich ongemakkelijk of misplaatst voelt in een situatie.
No hay mosca que no te pida algo.
Betekenis: Er zijn altijd mensen die iets van je willen.
Hacer de mosca muerta.
Het woord "mosca" komt van het Latijnse "musca," dat dezelfde betekenis heeft. Het gebruik van het woord is terug te traceren naar de oorsprong van de Romaanse talen.
Met deze informatie over "mosca" heb je een goed overzicht van het gebruik en de betekenis van het woord in de Spaanse taal.